Logopedie is een paramedisch beroep. De doelstellingen van de logopedist zijn de preventie, evaluatie en behandeling van communicatie, spraak, taal (mondeling en schriftelijk), stem, slikken en logisch-mathematische stoornissen.
Het stelt ons in staat te werken met zuigelingen, kinderen, adolescenten, volwassenen en bejaarden.
Spraakachterstand: Een niet-consistente en hardnekkige articulatiestoornis die de organisatie van de gesproken keten (spraak) beïnvloedt en gekenmerkt wordt door moeilijkheden bij het combineren van fonemen om een woord te produceren. Dit kan spraak onverstaanbaar maken.
Taalachterstand: taalontwikkeling die niet overeenkomt met bekende normen (tijdvertraging).
Articulatiestoornissen: stoornissen van de orofaciale functies die worden gekenmerkt door moeilijkheden bij het correct uitspreken van een bepaald foneem of een groep fonemen.
Dysfasie: een taalontwikkelingsstoornis die zich uit in een afwijkende, trage en disharmonische structurering van de taal.
Dyslexie: Een specifieke ontwikkelingsstoornis bij het leren lezen. Sommige dyslexies beïnvloeden het lezen van onregelmatige woorden in de Franse taal: deze kinderen lezen meer "met hun oren", klank voor klank. Andere beïnvloeden het decoderen van gewone woorden: deze kinderen lezen meer "met de ogen", door "globale herkenning". Sommige patiënten kunnen gemengde dyslexie hebben.
Dysorthografie : Een spellingsstoornis die vaak geassocieerd wordt met dyslexie. Het kan de gewone spelling, de grammaticale spelling of beide beïnvloeden.
Dyscalculie: aanhoudende moeilijkheden op het gebied van wiskunde.
Afasie: verworven taalstoornis die het gevolg is van de focale laesie van het centrale zenuwstelsel en die de uitdrukking en/of het begrip van de mondelinge en/of schriftelijke taal aantast.
Dysartrie: een geheel van stoornissen van de spraakproductie (verbale articulatie), die verband houden met de stoornis van de verschillende motorische banen die het fonetisch apparaat aansturen.